Voorkomen
Uitgestorven. In de 19e eeuw werden tot aan 1875 vlinders gevangen in Gelderland (Velp, Arnhem) en een enkel individu in Zuid-Holland (Wassenaar) waarna er geen enkel exemplaar meer is gezien.
Herkenning
Van half juli tot na de overwintering, maart. De grondkleur van de voorvleugel is roomkleurig geel tot zacht geelbruin, met een zwarte stigma. De franje is geblokt, vooral bij termen (tussen vleugelpunt en onderste vleugelpunt), waaruit kleine dunne zwarte lijnen voorkomen die doorlopen tot aan de stigma. Vlak onder de stigma is er een langwerpige donkere, wazige vlek of lijn. A. yeatiana bezit een cirkelvormige stigma, A. kaekeritziana mist de donkere strepen, zie ook de beschrijving bij deze soort.
Levenswijze 'biologie'
...
Etymologie
Platlijf verwijst naar de in rust neergelegen vleugels.
Waardplanten of voedsel Voor referenties, zie linkermenu "Bronnen"
Grote centaurie (Centaurea scabiosa), en minder vaak op zwart knoopkruid (C. nigra). Zelden ook op zaagblad (Serratula tinctoria) (Palm, 1989a; Huisman in prep.).
Links
Bekijk deze soort op Lepiforum.
|