Voorkomen

Een algemene soort die verspreid over het land kan worden waargenomen. Een van de meest algemene vedermotten van ons land, die met name in het najaar en in het voorjaar talrijk kan zijn. Wijd en verbreid.
Landelijk te vinden o.a. binnen de bebouwde kom, stedelijke gebieden, ruigten en akkers waar de voedselplanten voorhanden zijn.

Herkenning

De soort overwintert als adult, en is daarmee een van de vedermotten die het hele jaar door te zien is zowel in huis als buitenshuis. Komt in de schemering en de vroege avond goed op licht. De vlinder is overdag goed op te jagen uit de vegetatie of te slepen in de vroege avond of schemering.

Levenswijze 'biologie'

Rups leeft op verschillende planten waaronder op winde, overdag aan de onderzijde van het blad voedend - in de nacht is dit net andersom. Ook opvallend vaak de stamper en zaden uit de bloemen etend. Rups groen, met een wat lichtere dorsale band met een duidelijke setae. Voor de verpopping verkleurt de rugstreep c.q. dorsale band naar roze. Volgroeide exemplaren hebben een maximale afmeting van circa 15 mm. De soort is gemakkelijk te kloppen uit winde langs akkers of perken, tussen begin juni en begin oktober. De volgroeide rups verpopt onder het blad of in de buurt van de waardplant elders op een andere plant.

Er zijn verschillende generaties, maar met een duidelijke piek in het najaar tussen augustus en begin november, wanneer de vlinder buitengewoon veel wordt waargenomen tot soms tientallen op een avond. Kleurvariatie is zelden het geval, van vrij bleekbruin tot oranjebruin. Snel te verwarren met soorten van het genus Stenoptilia.

Etymologie

Veder = veer, verwijst naar de veerachtige vertakkingen van de vleugels.

Akkerwinde (Convolvulus arvensis), ganzenvoet (Chenopodium sp.) (Hannemann, 1977a), zeewinde (C. soldanella, syn. Calystegia soldanella) (Nel, 1989a), haagwinde (C. sepium) (Parella & Kok, 1978a), melde (Atriplex sp.) en zoete aardappel (Ipomoea batatas) (Yano, 1963a).

Links

Bekijk deze soort op Lepiforum.