Voorkomen
Tischeria decidua is zeldzaam, maar wordt mogelijk over het hoofd gezien of verward met T. dodonaea.
Herkenning
De adulten van de drie Tischeria soorten in Nederland, de algemene T. ekebladella en T. dodonaea en de zeldzame T. decidua zijn op uiterlijk nauwelijks uit elkaar te houden. T. ekebladella is iets groter en gemiddeld iets lichter dan T. dodonaea, T. decidua is ook klein en vrij licht van kleur. Deze verschillen zijn echter alleen duidelijk als de soorten naast elkaar staan, niet bij individuen. De mijnen zijn wel duidelijker herkenbaar.
Levenswijze 'biologie'
De mijnen van T. decidua zijn net als die van T. dodonaea bruin (wit bij T. ekebladella). De rupsen van T. dodonaea verpoppen echter in de mijn, waar de rupsen van T. decidua een hakkelig rond stuk van de opperepidermis van de mijn uitsnijden en dit meenemen naar de bodem om te verpoppen. Hierdoor zijn mijnen in een laat stadium of zelfs verlaten mijnen goed te herkennen. Jonge mijnen van beide soorten zijn lastig te onderscheiden. De Nederlandse naam hoefijzermot heeft de soort verkregen omdat de rupsen in rust als een hoefijzer in de mijn liggen, dit zelfde gedrag vertoont T. dodonaea echter ook, het moet dus niet als soortskenmerk gezien worden.
Etymologie
De mijnen vormen als het ware 'vlekken' op de bladeren. Hoefijzer verwijst naar de vorm van de mijn.
Waardplanten of voedsel Voor referenties, zie linkermenu "Bronnen"
Eik (Quercus spec.) en tamme kastanje (Castanea sativa) (Hering, 1957a).
Links
Bekijk deze soort op Lepiforum.
|