Een invasie: de koolmotjes zijn geland!

Gepubliceerd op 19 juni 2016 door Tymo Muus
 

Het koolmotje, circa één cm groot..., in 't Engels "diamond back" genaamd vanwege de lichte rug (foto: Leon Olsthoorn).


Hoeveel koolmotjes heeft u deze maand gezien? Meer dan in de afgelopen jaren? Grote kans dat u als velen getuige bent geworden van de koolmotjesinvasie. Dit kleine diertje liet zich massaal zien in de eerste dagen van juni. Maar, zijn we nu voorlopig verlost van deze ultra kleine nachtvlinder, die in het wetenschappelijk Plutella xylostella heet?


De influx
Gebruikelijk wordt de soort met enkele vlindertjes waargenomen in het voorjaar. Ook dit jaar leek de soort langzaam binnen te druppelen, met variërend van een enkele tot hooguit tien waarnemingen landelijk. Het is gebruikelijk dat de soort dan rond juni ons land binnenkomt. Het koolmotje is namelijk een trekvlinder.
Dit jaar begon de influx van het koolmotje precies aan het begin van de junimaand. Anders dan de meeste mensen gewend waren ging het al gauw om tientallen vlinders tot zelfs duizenden exemplaren. In Nederland, België en het Verenigd Koninkrijk verschenen berichten van een "invasie" en zelfs bekende nieuwsbronnen als The Sun, The Telegraph en The Guardian schreven over de soort. Alleen in één lichtval werden al 1000 tot 3500 vlinders geteld. Onder meer in 1958, 1966, 1978, 1996, 2000 en 2006 waren uitbraken van de soort, veelal voorafgegaan door warmere winters. De soort bereikt dan zonder enige problemen de Faroëreilanden, Spitsbergen en soms Groenland. Half juni dit jaar werd de soort al gemeld uit het hoge noorden van Zweden. Zelfs op booreilanden worden de vlinders waargenomen. De laatste dagen lijkt de invasie te zijn gestopt, is het dan nu echt over?


Ruim 3000 exemplaren in één lichtval uit het Belgische Hooglede (foto: Wim Declercq)


Koolmotjes pak 'n beet 70 km ten noorden van de Shetland Eilanden op volle zee (foto: Kevin Duffy)

Trekvlinderroute
Het koolmotje is niet de eerste de beste trekvlinder die ons land wist te bereiken. Ook de grote worteluil (Agrotis ipsilon), de zuidelijke bandspanner (Nycterosea obstipata) en de distelvlinder (Vanessa cardui) hebben zich al laten zien. Maar waar komen deze soorten vandaan? Het eerste waar wij aan denken is aan de fraaie "distelvlinderhaarden" in het noorden van Afrika, met andere woorden dus: trekvlinders komen uit het zuiden. Zeker is wel dat trekvlinders over vele honderden kilometers migreren. Waar de vlinders exact vandaan komen blijft de grote vraag. Máár, als er duizenden "grote" distelvlinders in het Atlasgebergte worden gezien, waarna deze massa's vlinders ineens spontaan noordelijker worden gezien, dan is de migreerroute zo klaar als een klontje.

Voor micro's ligt dat lastiger, bevestigt ook Rob de Vos (Naturalis te Leiden): "Bij een, met alle respect, "onbeduidend" klein vlindertje, die bovendien vaak als een mug of vliegje wordt aangezien, is het veel moeilijker om te achterhalen waar de soort vandaan komt. In zulke gevallen moet je de influxdata goed in de gaten houden. Neem hierbij de meteorologische gegevens en je kunt op basis van die twee factoren een voorspelling doen van wat er gebeurd is." Het is nog onbekend of het koolmotje ook gebruik maakt van de kilometershoge straalstroom, maar als dat zo is, dan moet zij meegevoerd zijn vanuit het oosten van Europa, de Balkan. Dit idee wordt gesteund door de grote aantallen koolmotjes die ook al in het zuiden van Finland, Zweden en Denemarken waren gezien. Een klein vlindertje als deze zal in ieder geval onmogelijk tegen de wind in kunnen vliegen. Rob de Vos: "Triggers voor een migratie kunnen zijn: grote droogte (lange hete perioden) of juist enorm nat weer (langdurige regenperiode). Ook zeer gunstig voorjaar in het thuisland kan een explosieve ontwikkeling van populaties teweeg hebben gebracht, waarna er ruimte- en voedselgebrek optreed. Dat kan ook een trigger zijn om althans een deel van de populatie op de vleugels te krijgen."


De familie Bogaert fotografeerde deze koolmotjes nabij hun groentetuin, rustend op de roos.

De landbouwers en hun grote angst
De grote influx lijkt nu voorbij te zijn. Maar er is slechts sprake van schijn: het overgroot deel van de koolmotjes bevindt zich nu in het rupsenstadium. Al een paar dagen na de invasie tussen pak en beet 2 juni en 10 juni volgden meldingen van rupsen. Complete koolplanten en gerelateerde gewassen zaten vol gaatjes: de koolmotjes hebben succesvol hun eitjes af kunnen zetten. De rupsen zijn helder groen van kleur, niet veel groter dan één centimeter en bezitten kleine zwarte haartjes. Uiteindelijk is dit alles ook één doel van de trekvlinders, het migreren om geschikte terreinen te veroveren en vervolgens eieren af te zetten. Het venijnige van deze kleine vlinder is dat hij onderhand resistent is geworden tegen diverse middelen die in de landbouw gebruikt worden om schade te voorkomen. Als er dan ineens zoveel koolmotjes zijn, dan begrijpen wij dat de landbouwsector op dat moment aan de noodbel trekt. En, de landbouwsector heeft al de nodige klappen te verduren gehad. Zowel droogte als de daarop volgende hevige neerslag van de afgelopen dagen heeft al geleid tot schade lopende tot in de miljoenen.

Zijn we van het motjesgedoe af?
Het onderstaande grafiek laat zien dat de eerste generatie koolmotjes letterlijk aan komt waaien en vervolgens een tweede piek laat zien. De tweede piek is gebruikelijk de influx met "nakomelingen" van de eerste generatie. Die piek laat in een gemiddelde over 30 jaar zien groter te zijn dan de eerste vliegpiek in juni. We zouden dus kunnen voorspellen dat we nog niet van de koolmotjes af zijn, maar dat we over ongeveer twee á drie weken opnieuw te maken krijgen met veel koolmotjes.



De grafiek hierboven toont de talrijkheid in 2016 van de soort per dag en ter vergelijking de gemiddelde talrijkheid op die dag, gedurende de laatste 30 jaar. Duidelijk wordt dan dat dit jaar uitzonderlijk is voor P. xylostella en te verwachten valt dat de soort nog talrijker zal worden omdat er momenteel uit ons land en omringende landen veel dieren hun eieren hebben afgezet (bron: Willem Ellis/NOCTUA).



Zie ook:
Artikel in the Guardian
Artikel in The Sun
Artikel in The Telegraph

Categorie: Faunistiek | Terug naar nieuwsoverzicht | Ouder | Nieuwer


 
 
 
  © All content copyright www.microlepidoptera.nl and allied photographers.